Language/Standard-arabic/Grammar/Basic-prepositions/nl
Voorwoord[bewerken | brontekst bewerken]
Welkom bij de lessenreeks "Complete 0 tot A1 standaard Arabisch". In deze specifieke les zullen we ons richten op "Basisvoorzetsels". Deze lessen zijn bedoeld voor studenten die geen voorkennis hebben van de Arabische taal en zijn ontworpen om hen te helpen de A1-niveau te bereiken.
Voorzetsels in het Arabisch[bewerken | brontekst bewerken]
Voorzetsels zijn woorden die worden gebruikt om de relatie tussen twee of meer woorden in een zin te verduidelijken. Ze worden meestal vóór zelfstandige naamwoorden of bijvoeglijke naamwoorden geplaatst om aan te geven hoe deze woorden met elkaar verbonden zijn. Hieronder volgen enkele basisvoorzetsels in het Arabisch:
Standard Arabic | Uitspraak | Nederlands |
---|---|---|
فِي | fi | In |
مِن | min | Uit/Van |
عَنْ | ‘an | Over (in de zin van ‘informatie over’) |
إِلَى | ‘ilaa | Naar |
مَعَ | ma‘a | Met |
Gebruik van Basisvoorzetsels[bewerken | brontekst bewerken]
- فِي - Fi
* Voorbeelden: * Ik woon in Marokko. -> أَنَا أَسْكُنُ فِي الْمَغْرِبِ. (Anaa 'uskunu fi al-Maghribi) * Mijn vader werkt in Nederland. -> يَعْمَلُ أَبِي فِي هُولَنْدَا. (Ya'malu 'abiy fi Holanda)
- مِن - Min
* Voorbeelden: * Ik kom uit Tunesië. -> أَنَا أَتِي أَصْلاً مِنْ تُوْنِسَ (Anaa 'atii 'aslan min Tunis) * Hij heeft een brief ontvangen van zijn vriend. -> تَلَقَّى رِسَالَةً مِنْ صَدِيقِهِ. (Talaqqa risaalatan min sadiyqihi)
- عَنْ - ‘An
* Voorbeeld: * Ik wil graag weten over de Arabische cultuur. -> أَرِيدُ مَعْرِفَةَ مَعْلُوْمَاتٍ عَنْ الثَّقَافَةِ الْعَرَبِيَّةِ. (‘Uriidu ma‘rifata ma‘lumatin ‘an al-thaqafati al-‘arabiyyati)
- إِلَى - ‘Ilaa
* Voorbeeld: * Ik ga naar school. -> أَنَا ذَاهِبٌ إِلَى الْمَدْرَسَةِ. (Anaa dhaahibun ‘ilaa al-madrasati)
- مَعَ - Ma‘a
* Voorbeeld: * Ik ga vaak met mijn vrienden uit. -> غَالِبًا مَا أَذْهَبُ مَعَ أَصْدِقَائِي لِلْتَرْفِيْهِ. (Ghaaliban maa 'adhhabu ma‘a asdiqaai li al-tarfihi)
Oefening[bewerken | brontekst bewerken]
Vertaal de volgende zinnen naar het Arabisch:
- Ik kom uit België.
- Ik ga naar het park met mijn hond.
- Mijn zus werkt in de bank van mijn vader.
- Vertel me iets over jezelf.
- Ik ben verliefd op een meisje uit Spanje.
Conclusie[bewerken | brontekst bewerken]
Ik hoop dat deze les over basisvoorzetsels in het Arabisch nuttig is geweest en dat je ze snel in de praktijk kunt gaan gebruiken. Blijf oefenen en werk gestaag door en je zult snel naar het volgende niveau gaan. Bedankt voor het volgen van deze les en tot de volgende keer.
Andere lessen[bewerken | brontekst bewerken]
- 0 tot A1 Cursus → Grammatica → Persoonlijke voornaamwoorden
- 0 tot A1 cursus → Grammatica → Voorzetsels van tijd en plaats
- 0 tot A1 Cursus → Grammatica → Bepaalde en Onbepaalde lidwoorden
- 0 naar A1-cursus → Grammatica → Mannelijke en vrouwelijke zelfstandige naamwoorden
- Niveau 0 tot A1 Cursus → Grammatica → Derde voorwaardelijke zin en gemengde voorwaardelijke zinnen
- Complete 0 tot A1-cursus → Grammatica → Arabische medeklinkers
- Complete Beginnerscursus 0 tot A1 → Grammatica → Vragen vormen
- Van 0 tot A1-cursus → Grammatica → Verschillen tussen Arabische en Engelse betrekkelijke bijzinnen
- 0 tot A1 Cursus → Grammatica → Vorming en Plaatsing
- Volledige cursus 0 tot A1 → Grammatica → Vergelijkend en overtreffend
- Complete 0 tot A1 cursus → Grammatica → Arabische klinkers
- 0 tot A1 Cursus → Grammatica → Basis Arabische zinnen
- Complete 0 tot A1 cursus → Grammatica → Adjectiefovereenkomst en -plaatsing
- 0 to A1 Course