Language/Moroccan-arabic/Grammar/Reported-Speech/nl

Uit Polyglot Club WIKI
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
This lesson can still be improved. EDIT IT NOW! & become VIP
Rate this lesson:
0.00
(0 stemmen)

Morocco-flag-PolyglotClub.png
Marokkaans ArabischGrammaticaComplete 0 tot A1 CursusGerapporteerde Spraak

Welkom bij deze les over de gerapporteerde spraak in het Marokkaanse Arabisch. In deze les leer je hoe je de spraak van anderen kunt rapporteren en directe citaten kunt gebruiken in het Marokkaans Arabisch. Dit is een belangrijk onderdeel van de Marokkaanse Arabische grammatica en zal je helpen om effectief te communiceren met andere Marokkaanse Arabisch-sprekers.

De Basis[bewerken | brontekst bewerken]

Gerapporteerde spraak is wanneer je de woorden van iemand anders herhaalt. Dit kan in de eerste, tweede of derde persoon zijn. Er zijn twee manieren om spraak te rapporteren in het Marokkaanse Arabisch: direct en indirect.

Directe spraak wordt gebruikt wanneer je de precieze woorden herhaalt die iemand anders heeft gezegd. Directe spraak wordt vaak geïntroduceerd door de woorden "zei hij/zij". Bijvoorbeeld:

Marokkaans Arabisch Uitspraak Nederlands
"انا طالب" "ana talib" "Ik ben een student"
"قالت امي" "qalat ommi" "Mijn moeder zei"

Indirecte spraak wordt gebruikt wanneer je de betekenis van de woorden die iemand anders heeft gezegd, herhaalt. Indirecte spraak wordt vaak geïntroduceerd door de woorden "hij/zij zei dat". Bijvoorbeeld:

Marokkaans Arabisch Uitspraak Nederlands
"انا طالب" "ana talib" "Ik ben een student"
"قالت امي انها سعيدة لأنك طالب" "qalat ommi annaha saeeda l'annak talib" "Mijn moeder zei dat ze blij is omdat je een student bent"

Directe spraak[bewerken | brontekst bewerken]

Directe spraak wordt gebruikt wanneer je de precieze woorden wilt herhalen die iemand anders heeft gezegd. In het Marokkaanse Arabisch wordt directe spraak vaak geïntroduceerd door de woorden "zei hij/zij".

Bijvoorbeeld:

  • "قال الولد: "انا طالب"" (qal lwalad: "ana talib") - De jongen zei: "Ik ben een student".
  • "قالت الفتاة: "أنا أحب الشوكولا"" (qalat lfata: "ana oheb achokola") - Het meisje zei: "Ik hou van chocolade".

Om directe spraak correct te formuleren, moet je letten op de volgorde van de woorden en de juiste vervoeging van het werkwoord. Hier zijn enkele voorbeelden:

Marokkaans Arabisch Uitspraak Nederlands
"قال الولد: "أنا أحب المدرسة"" "qal lwalad: "ana oheb lmadrassa"" "De jongen zei: "Ik hou van school""
"قالت الفتاة: "أنا أفضل اللون الأزرق"" "qalat lfata: "ana ofdil l'lawne l'azrak"" "Het meisje zei: "Ik geef de voorkeur aan de kleur blauw""

Indirecte spraak[bewerken | brontekst bewerken]

Indirecte spraak wordt gebruikt wanneer je de betekenis van de woorden wilt herhalen die iemand anders heeft gezegd. In het Marokkaanse Arabisch wordt indirecte spraak vaak geïntroduceerd door de woorden "hij/zij zei dat".

Bijvoorbeeld:

  • "قال الولد انه طالب" (qal lwalad annahu talib) - De jongen zei dat hij een student is.
  • "قالت الفتاة انها تحب الشوكولا" (qalat lfata annaha toheb achokola) - Het meisje zei dat ze van chocolade houdt.

Om indirecte spraak correct te formuleren, moet je letten op de volgorde van de woorden en de juiste vervoeging van het werkwoord. Hier zijn enkele voorbeelden:

Marokkaans Arabisch Uitspraak Nederlands
"قال الولد انه يحب المدرسة" "qal lwalad annahu yohib lmadrassa" "De jongen zei dat hij van school houdt"
"قالت الفتاة انها تفضل اللون الأزرق" "qalat lfata annaha tofdil l'lawne l'azrak" "Het meisje zei dat ze de voorkeur geeft aan de kleur blauw"

Conclusie[bewerken | brontekst bewerken]

In deze les heb je geleerd hoe je spraak kunt rapporteren en directe citaten kunt gebruiken in het Marokkaanse Arabisch. Dit is een belangrijk onderdeel van de Marokkaanse Arabische grammatica en zal je helpen om effectief te communiceren met andere Marokkaanse Arabisch-sprekers. Oefen deze vaardigheden regelmatig om je Marokkaans Arabisch te verbeteren!

Inhoudsopgave - Marokkaanse Arabische Cursus - 0 tot A1[brontekst bewerken]


Introductie


Begroetingen en Basiszinnen


Zelfstandige naamwoorden en Voornaamwoorden


Eten en Drinken


Werkwoorden


Huis en Thuis


Bijvoeglijke naamwoorden


Tradities en Gebruiken


Preposities


Vervoer


Gebiedende wijs


Winkelen en Onderhandelen


Historische Sites en Bezienswaardigheden


Betrekkelijke Bijzinnen


Gezondheid en Noodsituaties


Passieve Stem


Vrije Tijd en Entertainment


Feestdagen en Festivals


Voorwaardelijke Wijs


Regionale Dialecten


Indirecte Rede


Weer en Klimaat


Andere lessen[bewerken | brontekst bewerken]


Contributors

Maintenance script


Create a new Lesson