Language/Moroccan-arabic/Vocabulary/Numbers-and-Counting/nl

Uit Polyglot Club WIKI
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
This lesson can still be improved. EDIT IT NOW! & become VIP
Rate this lesson:
0.00
(0 stemmen)

Morocco-flag-PolyglotClub.png
Marokkaans ArabischWoordenschat0 tot A1-cursusCijfers en tellen

Cijfers en tellen in Marokkaans Arabisch[bewerken | brontekst bewerken]

Welkom bij de les "Cijfers en tellen" van de cursus "Complete 0 tot A1 Marokkaans Arabisch". In deze les leer je de basis van het tellen en het gebruik van cijfers in het Marokkaans Arabisch.

Cijfers 0 tot 10[bewerken | brontekst bewerken]

In het Marokkaans Arabisch worden de cijfers van 0 tot 10 als volgt uitgesproken:

Marokkaans Arabisch Uitspraak Nederlands
0 siffr 0
1 wahed 1
2 jooj 2
3 tlata 3
4 arba 4
5 khems 5
6 setta 6
7 sbaa 7
8 tmaanya 8
9 tisa 9
10 ashra 10

Enkele belangrijke opmerkingen:

  • In het Marokkaans Arabisch zijn er verschillende manieren om het cijfer 1 uit te spreken, afhankelijk van de regio. Naast "wahed" is "hedd" bijvoorbeeld een veelgebruikte variant.
  • Het cijfer 2 wordt vaak uitgesproken als "jooj" of "jaj".
  • Het cijfer 7 wordt vaak uitgesproken als "sbaa" of "sebaa".

Cijfers 11 tot 19[bewerken | brontekst bewerken]

Cijfers van 11 tot 19 in het Marokkaans Arabisch worden gevormd door het woord voor 10 (ashra) te combineren met de eenheden (1 tot 9) met behulp van het woord "wa". Bijvoorbeeld:

  • 11: hdaash (letterlijk: "een-10")
  • 12: jujash (letterlijk: "twee-10")
  • 13: tlataash (letterlijk: "drie-10")
  • 14: arbaash (letterlijk: "vier-10")
  • 15: khmssash (letterlijk: "vijf-10")
  • 16: sttaash (letterlijk: "zes-10")
  • 17: sb3ash (letterlijk: "zeven-10")
  • 18: tmnyash (letterlijk: "acht-10")
  • 19: ts3ash (letterlijk: "negen-10")

Tientallen[bewerken | brontekst bewerken]

Tientallen in het Marokkaans Arabisch worden gevormd door de eenheden (1 tot 9) te combineren met het woord "3shra" (letterlijk: "10-tig"). Bijvoorbeeld:

  • 20: jooj 3shra (letterlijk: "twee 10-tig")
  • 30: tlata 3shra (letterlijk: "drie 10-tig")
  • 40: arba 3shra (letterlijk: "vier 10-tig")
  • 50: khems 3shra (letterlijk: "vijf 10-tig")
  • 60: sett 3shra (letterlijk: "zes 10-tig")
  • 70: sbaa 3shra (letterlijk: "zeven 10-tig")
  • 80: tmnya 3shra (letterlijk: "acht 10-tig")
  • 90: tisa 3shra (letterlijk: "negen 10-tig")

Honderdtallen[bewerken | brontekst bewerken]

Honderdtallen in het Marokkaans Arabisch worden gevormd door de honderdtallen (1 tot 9) te combineren met het woord "meya" (letterlijk: "100"). Bijvoorbeeld:

  • 100: meya (letterlijk: "100")
  • 200: jooj meya (letterlijk: "twee 100")
  • 300: tlata meya (letterlijk: "drie 100")
  • 400: arba meya (letterlijk: "vier 100")
  • 500: khems meya (letterlijk: "vijf 100")
  • 600: sett meya (letterlijk: "zes 100")
  • 700: sbaa meya (letterlijk: "zeven 100")
  • 800: tmnya meya (letterlijk: "acht 100")
  • 900: tisa meya (letterlijk: "negen 100")

Duizendtallen[bewerken | brontekst bewerken]

Duizendtallen in het Marokkaans Arabisch worden gevormd door de duizendtallen (1 tot 9) te combineren met het woord "alf" (letterlijk: "1000"). Bijvoorbeeld:

  • 1000: alf (letterlijk: "1000")
  • 2000: jooj alf (letterlijk: "twee 1000")
  • 3000: tlata alf (letterlijk: "drie 1000")
  • 4000: arba alf (letterlijk: "vier 1000")
  • 5000: khems alf (letterlijk: "vijf 1000")
  • 6000: sett alf (letterlijk: "zes 1000")
  • 7000: sbaa alf (letterlijk: "zeven 1000")
  • 8000: tmnya alf (letterlijk: "acht 1000")
  • 9000: tisa alf (letterlijk: "negen 1000")

Conclusie[bewerken | brontekst bewerken]

Dit is het einde van de les "Cijfers en tellen" van de cursus "Complete 0 tot A1 Marokkaans Arabisch". We hopen dat je de basis van het tellen en het gebruik van cijfers in het Marokkaans Arabisch hebt geleerd. Blijf oefenen en tot de volgende les!

Inhoudsopgave - Marokkaanse Arabische Cursus - 0 tot A1[brontekst bewerken]


Introductie


Begroetingen en Basiszinnen


Zelfstandige naamwoorden en Voornaamwoorden


Eten en Drinken


Werkwoorden


Huis en Thuis


Bijvoeglijke naamwoorden


Tradities en Gebruiken


Preposities


Vervoer


Gebiedende wijs


Winkelen en Onderhandelen


Historische Sites en Bezienswaardigheden


Betrekkelijke Bijzinnen


Gezondheid en Noodsituaties


Passieve Stem


Vrije Tijd en Entertainment


Feestdagen en Festivals


Voorwaardelijke Wijs


Regionale Dialecten


Indirecte Rede


Weer en Klimaat


Andere lessen[bewerken | brontekst bewerken]


Contributors

Maintenance script


Create a new Lesson